Op zaterdag 22 januari 2022 overleed de boeddhistische monnik Thich Naht Hahn op 95-jarige leeftijd. Zijn film Walk with me heb ik met tranen bekeken. Zo mooi hoe daarin de stilte en zijn werk vanuit zijn Sangha in Frankrijk in beeld werd gebracht. Ik herinner me vooral de wandeling die hij elke ochtend maakte in stilte met de bezoekers, kinderen, jong en oud. En hoe op zijn sangha elk kwartier de gong gaat en iedereen even stopt met zijn werkzaamheden.
Dit stoppen is zo’n krachtig gebaar. Het brengt je direct in contact met gewaarzijn. Na een herseninfarct 5 jaar geleden is Thay zoals hij ook wordt genoemd door zijn Sangha terug verhuisd naar zijn geboorteland Vietnam. Hij heeft de mindfulness compassie meditatie toegankelijk gemaakt voor de westerse wereld.
Ik deel graag zijn gedicht Please Call Me by My True Names. In dit gedicht deelt hij het diepe inzicht in hoe we onszelf niet los kunnen zien van de wereld om ons heen. Zelfs niet van diegenen die ons kwaad doen. Of van dat wat we liever niet willen zien in het leven.
De tekst vind je hieronder. Ik raad je aan om het geluidsfragment te beluisteren waar hij het gedicht voordraagt op een van zijn bijeenkomsten. Dan hoor je ook de stilte van de bijeenkomst.
Please Call Me By My True Names
Don’t say that I will depart tomorrow — even today I am still arriving.
Look deeply: every second I am arriving
to be a bud on a Spring branchto be a tiny bird,
with still-fragile wingslearning to sing in my new nest
to be a caterpillar in the heart of a flowerto be a jewel hiding itself in a stone.
I still arrive, in order to laugh and to cry, to fear and to hope.
The rhythm of my heart is the birth and death
of all that is alive
I am the mayfly metamorphosing on the surface of the river
And I am the bird that swoops down to swallow the mayfly
I am the frog swimming happily in the clear water of a pond
And I am the grass-snake that silently feeds itself on the frog
I am the child in Uganda, all skin and bones, my legs as thin as bamboo sticks.
And I am the arms merchant, selling deadly weapons to Uganda
I am the twelve-year-old girl, refugee on a small boat
who throws herself into the ocean after being raped by a sea pirate
And I am the pirate, my heart not yet capable of seeing and loving
I am a member of the politburo, with plenty of power in my hands
And I am the man who has to pay his “debt of blood” to my people dying slowly in a forced-labor camp
My joy is like Spring, so warm it makes flowers bloom all over the Earth
My pain is like a river of tears, so vast it fills the four oceans
Please call me by my true names
so I can hear all my cries and my laughter at once
so I can see that my joy and pain are one
Please call me by my true names
so I can wake upand so the door of my heart can be left open:
The door of compassion.